EINDHOVEN – Derde in de eindstand van het Nederlands kampioenschap viertakt: karter Max Wolfswinkel heeft een uitstekend seizoen gehad en dat ronde hij zondag in Eindhoven waardig af. Met het veiligstellen van een podiumplaats in de Cadet 160-klasse kreeg de elfjarige rijder uit Oudendijk een mooie beloning voor het harde werk dat dit seizoen menig overwinning had opgeleverd. Ooit hoopt hij in de voetsporen te treden van zijn grote voorbeeld Max Verstappen.

Een mooie beker, een plaats in de geschiedenis van het Nederlands kampioenschap viertakt en een klinkende uitslag om op zijn palmares bij te schrijven. Allemaal mooie zaken, toch wist Max wist niet goed wat hij ervan moest denken. Ja, hij was blij, tegelijkertijd wist hij ook dat hij dit seizoen ook kampioen had kunnen worden. “Ik heb de laatste tijd wat motorproblemen gehad, daardoor ben ik wat teruggezakt in het kampioenschap”, legde hij uit. “Aan de andere kant: ik ben derde van Nederland. Dat is best knap en je wordt het niet voor niets.”

Belangrijker nog misschien: de talentvolle rijder had bewezen vooraan zijn mannetje te kunnen staan, hij had bovendien een boel geleerd en een berg ervaring opgedaan. Wat dat betreft was de laatste ronde van het NK, zondag in Eindhoven, waardevol. Hij had moeten knokken en slaagde er zo in derde te worden in het dagklassement. Knap in een weekeinde waarin het niet altijd ging zoals hij had gewild. “Tijdens de kwalificatie zat ik klem tussen andere rijders. Ik reed wel snel, maar anders had ik nog sneller gekund.”

Dat had hem dan een nog betere uitgangspositie voor de races bezorgd dan de toch al verdienstelijke vierde plaats. Maar vanaf die plek liet hij eveneens overtuigend zien dat hij de snelheid had om voorin te strijden. Max handhaafde zich de hele zondag voorin, claimde daarmee de derde plaats in het dagklassement en legde zo beslag op de derde plaats in de eindstand. “Dat is toch wel mooi, hoor.”

Max begon met karten toen hij zeven jaar oud was. Op een dag zou hij met zijn familie naar een trekker trekwedstrijd gaan, maar die werd afgelast vanwege het weer. “Toen stelde mijn vader voor naar Kartcentrum Lelystad te gaan. Daar heb ik in een huur kart gereden en ik vond het meteen heel leuk. Vooral vanwege de snelheid.”

Racen had sowieso al zijn belangstelling. Op tv keek hij altijd al naar de Formule 1 bijvoorbeeld. Dat doet hij nog steeds. Zijn favoriete coureur laat zich raden. “Max Verstappen natuurlijk. Omdat hij een Nederlander is en zo goed is. Hij heeft een minder goede auto dan de Mercedessen en toch rijdt hij vaak vooraan. Dat vind ik heel knap.”

In het jaar dat zijn naamgenoot in de koningsklasse van de autosport debuteerde begon Max met racen in het NK. Dat was toen nog in de Honda Cadet-klasse, de klasse voor de allerjongsten. Afgelopen jaar kwam dus uit in de Cadet 160-klasse. Met zijn derde plaats in de eindstand van het kampioenschap op zak kijkt hij reikhalzend uit naar komend seizoen. Dan maakt hij waarschijnlijk de overstap naar de RK1-klasse. Max: “Of misschien gaan we tweetakt rijden. Het duurt nog lang voordat we weer gaan rijden, dus ik kan er nu in alle rust over nadenken. Maar de kans is het grootst dat we RK1 gaan doen. Ik heb al een keer in zo’n kart gereden en vond de hogere snelheid erg gaaf. In die klasse race lijkt me een stuk uitdagender!”

Max Wolfswinkel wordt in zijn raceactiviteiten ondersteund door De Oude Herberg, Slagerij Vet in Amsterdam, Van der Hulst Bouwbedrijf, Dirk Klok Hoveniers, Wouter van de Heuvel Autoschade, Ten Dam Zonwering, Henk de Boer Dienstverlening, Autobedrijf Willem Schoon en Frank Tromp.