HOORN - Clusius College vestiging Hoorn gaat flink op de schop. Van de twee gebouwen wordt het vmbo-gebouw aangepast aan de huidige wet- en regelgeving, het voormalige mbo-gebouw maakt plaats voor duurzame nieuwbouw. Duurzaamheid komt terug in alle facetten van het Clusius College: zowel in de visie als in de praktijk en zowel in beleidszaken als in het groenonderwijs. Logisch dus ook dat dit bij de nieuwbouw van Clusius College Hoorn een belangrijk uitgangspunt is geweest!

Bij Clusius College Hoorn is alles groen gekleurd, aldus Jurgen Holtz, directeur van Clusius College Hoorn. Waarmee hij wil zeggen dat duurzaamheid een essentieel onderdeel is van het vmbo- en mbo-onderwijs. “We leiden op voor leven en werken in een groene wereld. Duurzaamheid, bewust en verantwoord leven staat centraal in de lesstof van al onze opleidingen: hoe ontwerp je een duurzame tuin, hoe werk je milieu- en energiebewust met land- en tuinbouwmachines etcetera. Dat betekent dat je bij de keuze voor nieuwbouw recht wilt doen aan alles wat je verkondigt. Dat je ook nadenkt over de buitenkant van een gebouw – de kassen, de tuinen, de zandbak. Voor ons, en met name ook voor de opleiding Tuin/Park/Landschap, is een mooi aangelegd terrein meteen het visitekaartje. Als het straks allemaal klaar is geldt dat óók voor het bedrijfsleven waarmee we nauw samenwerken: we geven les over moderne technologieën en willen dat óók laten zien. Buiten en vanzelfsprekend ook binnen. Het nieuwe Clusius College Hoorn wordt dé groene hotspot van Nederland.”

Campus voor alle groenopleidingen

Ook de openheid kenmerkt de nieuwe school. Naar binnen én naar buiten toe. Holtz: “In de huidige situatie waren de verschillende leergangen en niveaus opleidingen nog vrij strikt gescheiden. De nieuwe situatie leent zich er heel goed voor dat we gebruikmaken van zowel het nieuwe als het bestaande gebouw en alle onderliggende faciliteiten. Het wordt echt een campus. Een community die van en met elkaar leert. Een heel gezonde situatie.”

Een ontmoetingsplek voor Hoorn

Clusius College Hoorn is zich bewust van de rol die de school heeft in de Hoornse samenleving. Met de nieuwbouw zoeken ze ook meer verbinding en betrokkenheid met de omgeving. David van Nieuwenhuizen is facilitair coördinator bij Clusius College Hoorn. Hij vertelt: “We hebben al een voordeel dat onze school op een eiland ligt en omgeven is door water, waarmee we dus sowieso veel ruimte om de gebouwen heen hebben. In het nieuwe ontwerp is de school op de kavel opgeschoven, zodat ook de tuinen goed in het zicht komen en iedereen ervan kan meegenieten. Ons schoolterrein is straks ook openbaar wandelgebied; een ontmoetingsplek voor studenten en inwoners van Hoorn, voor de bewoners van het verzorgingstehuis hier vlakbij bijvoorbeeld.” Holtz valt hem bij: De sociale duurzaamheid is een belangrijk aspect voor ons. We bouwen daarom ook voor meerdere functies: in de avonden en in de weekends kan de school ook voor bijvoorbeeld cursussen en bijeenkomsten worden gebruikt.”

Betrokken omgeving

Van Nieuwenhuizen is vanaf het begin in gesprek met de omwonenden. “We betrekken hen met regelmaat bij het project. De omgeving is erg blij met de positionering van de nieuwe school op het eiland, maar ook met hoe we rekening met hen houden tijdens het slopen en straks het bouwen. Uiteraard hebben we ook de studentenraad, leerlingenraad, de ouders en niet te vergeten de medewerkers betrokken in het hele proces. De werkgroep Nieuwbouw bemoeide zich bijvoorbeeld met de plattegronden van het nieuwe gebouw, de indeling en inrichting. Ook dáár was duurzaamheid een belangrijk onderwerp.” Holtz vult hem aan: “De werkgroep kwam bijvoorbeeld met het voorstel voor elektrische laadpalen op het terrein. Met elkaar hebben ze uitgezocht wat daar allemaal voor nodig was én geregeld dat de laadpalen er komen.”

Toekomstbestendige nieuwbouw

Stichting Clusius College heeft vastgoedadvies- en projectmanagementbureau Drees & Sommer in de arm heeft genomen vanaf de fase van het haalbaarheidsonderzoek om het onderwijs en de toekomstbestendige huisvesting voor de vestiging Hoorn beter op elkaar te laten aansluiten. Onderdeel van de vervolgopdracht voor het projectmanagement tot en met de oplevering en fit-out was de selectie en aansturing van het ontwerpteam en bouwteam. Patricia van Hest-Osseweijer is Sector Leader Education van Drees & Sommer: “Het gebouw is zo ontworpen dat het flexibel en toekomstbestendig is. Mocht het onderwijsconcept in de toekomst veranderen, dan is de nieuwbouw daar gemakkelijk op aan te passen. De binnenwanden kunnen verplaatst worden zonder dat er grote aanpassingen nodig zijn, niet bouwkundig en niet aan de installaties. Ook efficiency is een item in duurzaamheid”, zo gaat Van Hest verder. “We zijn we heel goed nagegaan hoeveel vierkante meters er nou écht nodig zijn. Uitgangspunt was dat alle leslokalen geschikt moeten zijn voor alle lessen, met uitzondering uiteraard van de praktijklessen.”

Duurzame keuzes zorgvuldig afwegen

Uiteraard heeft ook de technische uitwerking van het concept duurzaamheid veel aandacht. “In het nieuwe schoolgebouw is veel rekening gehouden met de materiaalkeuzes voor het exterieur en interieur. Er komt bijvoorbeeld een levend groene wand in de aula van de school, veel hout, aluminium en waar mogelijk hergebruiken we materialen. Zo wordt het plafond van de aula gemaakt van gerecyclede petflessen en hergebruiken we constructie-elementen uit de bestaande bouw in de nieuwbouw.” Van Hest voegt daaraan toe: “Gedurende het ontwerpproces hebben we elkaar scherp gehouden: wat is duurzaam? We hebben niet voor duurzaam gekozen ‘om het duurzaam’. Waar we konden hebben we groene keuzes gemaakt; continu hebben we de materialen én de gevolgen heel goed afgewogen: we brengen niet klakkeloos zonnepanelen aan, maar denken ook na over hoe duurzaam deze zijn vanwege het productieproces, de benodigde materialen voor de zonnepanelen en de restwaarde (afval) na levensduur. De dakconstructie wordt zo gemaakt dat een toekomstig groendak geplaatst kan worden. Juist door die zorgvuldige afwegingen hebben we uiteindelijk een ontwerp waarin iedereen zich kan vinden.”

Soepel proces

Voor Van Nieuwenhuizen is het af en toe een flinke puzzel om het onderwijs rond alle sloop- en bouwactiviteiten heen te plannen. “Bij alle verhuisbewegingen in en om de gebouwen is het de uitdaging om de impact op het onderwijs te minimaliseren. Maar, hoewel je af en toe natuurlijk tegen onverwachte dingen aanloopt in de tijdelijke huisvesting die opgelost moeten worden, verloopt het over het algemeen allemaal best soepel.” Holtz en Van Nieuwenhuizen zijn heel tevreden over de flexibele instelling die iedereen toont. “Iedereen zet zich in voor een succesvol resultaat. De omgeving, de leerlingen en hun ouders, de medewerkers. Ook de samenwerking met Drees & Sommer, met RoosRos en Aannemersbedrijf J.P. Putter verloopt heel soepel. Ook hierin is transparantie en openheid weer het toverwoord.”

Recyclen van het slooppuin

De sloop van het mbo-gebouw wordt nu afgerond. “Ook in deze fase wordt heel bewust met de materialen omgegaan. Sloopbedrijf Anton van Dijk maakt zich er sterk voor dat alle gebruikte materialen op een hoogwaardige manier worden hergebruikt. In de meivakantie wordt het puin op locatie gebroken en vervolgens afgevoerd voor gebruik in andere projecten. Een deel komt terug in de fundering van de nieuwbouw. Volgens de huidige planning start de aannemer in juni met de nieuwbouw. De gebouwen kunnen dan in het najaar van 2023 in gebruik genomen worden.”

Architect RoosRos heeft het begrip duurzaamheid in het ontwerp van de nieuwbouw verwerkt. Projectleider Frans van Heemst geeft een beknopte toelichting:
“De plattegrond van de nieuwe school is duurzaam: aanpasbaarheid en uitbreidbaarheid zijn het vertrekpunt geweest bij het ontwerp. Dit zien we terug in een aantal gebieden. De nieuwbouw is zoveel mogelijk modulair opgezet, wat inhoudt dat er vaste maten en eenheden worden gebruikt om het gebouw mee op te zetten. De kolomafstand is gemaximaliseerd en de gevel is niet-dragend uitgevoerd. Verder is de gevel zodanig ontworpen dat op verschillende plekken wandaansluitingen mogelijk zijn, dus geen dwingende raamindeling vanuit de huidige plattegrond. Tezamen geeft dit een maximaal flexibel gebouw. Toekomstige veranderingen van het onderwijsconcept kunnen worden opgevangen door de indeling van modulaire binnenwanden te verplaatsen. De installaties zijn zo uitgezet dat veranderende programmering eenvoudig is op te lossen.

De hoofdvorm van het gebouw is een groeimodel. Vanuit een centraal punt waaieren de vleugels uit. Deze beeldtaal is ongedwongen, passend bij een paviljoen in het groen en geeft ook uitbreidbare architectuur. Zo zijn we tijdens het ontwerpproces meermalen in staat geweest om programma toe te voegen zonder dat het architectonisch concept hier geweld mee werd aangedaan.


Ook bij de materiaalkeuze was duurzaamheid ons uitgangspunt. We hebben ofwel circulaire en/of biobased materialen gekozen, ofwel materialen die lage onderhouds- en exploitatiekosten hebben en die later (als het gebouw niet meer nodig is) te demonteren zijn en bij een ander gebouw toe te passen zijn. Zo wordt in de gevels verduurzaamd hout toegepast en is gekozen voor aluminium kozijnen en kaders die onderhoudsvrij zijn en makkelijk in- en uit elkaar te schroeven zijn. Daarnaast wordt het toegepaste metselwerk demontabel, waardoor de losse stenen als ‘legoblokjes’ op elkaar te stapelen zijn, en zodoende, in het geval het gebouw niet meer nodig is, onverlijmd van elkaar af te halen zijn. Ook in de constructie van de aula en de gymzaal wordt zoveel mogelijk hout toegepast.

De interieurafwerking zal bestaan uit biobased en gerecyclede materialen: de vaste wanden worden bijvoorbeeld afgewerkt met hout, de vloer wordt afgewerkt met een biobased product dat gemaakt is van lijnzaad. De aula krijgt een plafond van gerecyclede plastic petflessen.