WEST-FRIESLAND - Door het hele land worden discussies gevoerd over straatnamen en beelden van historische ‘helden’ . Tegenstanders zien die straatnamen en beelden als verheerlijking van personages die in het verleden lang niet altijd ‘zuiver op de graad’ zijn geweest. Anderen zijn van mening dat we niet moeten tornen aan onze historie. Een middengroep meent dat de beelden en straatnamen gehandhaafd moeten blijven, maar dat een toelichting op zijn plaats is.


De diverse discussies hebben in de afgelopen tijd ook al behoorlijk wat veroorzaakt. Zo hebben De Witte de With-scholen hun naam laten vallen, is de buste van Maurits uit zijn huis in Den Haag verwijderd, heeft het VOC-café -onder bedreiging- haar naam veranderd en besloot het Historisch Museum in Amsterdam de Gouden Eeuw niet langer meer zo te noemen. Terecht? Of gaan we ‘te ver’?

Discussie in Hoorn
Ook in Hoorn worstelt men al geruime tijd met dit onderwerp. In deze West-Friese stad houdt het beeld van historische VOC-held, Jan Pieterszoon Coen, de gemoederen behoorlijk bezig. Tegenstanders willen het beeld weg hebben. Voorstanders pleiten voor behoud. Al enkele jaren geleden is besloten om bij het beeld een plaquette met extra toelichting te plaatsen over de schaduwzijden van het werk van Coen. Daarmee blijkt de discussie echter niet teneinde. In een recente raadsvergadering is inmiddels besloten een stadsgesprek te organiseren rond dit onderwerp én over hoe wij met elkaar om wensen te gaan.

Boek aangeboden aan Burgemeester Jan Nieuwenburg van Hoorn
Auteur Jan Hoff schreef het toegankelijke en verhelderende boek De strijd om straatnamen. Onlangs schonk hij Jan Nieuwenburg, Burgemeester van Hoorn, een exemplaar van zijn boek. Bij deze overhandiging werd hij vertegenwoordigd door zijn agent, Hanneke Tinor-Centi. Hoff hoopt dat zijn boek inspiratie zal bieden om de discussie tussen de strijdende partijen tot een goed einde te brengen.

Verbluffende bevindingen
Het onderzoek dat Hoff deed voor zijn boek levert verbluffende bevindingen op: twee van de verguisde historische helden zijn zelf slaaf geweest. Twee worden tot op de dag van vandaag, ruim drie eeuwen na hun dood, nog steeds diep gerespecteerd door nazaten van slaven. Sommige helden van toen worden volkomen ten onrechte of volstrekt overdreven beschuldigd van slavenhandel en oorlogsmisdrijven – zij hadden daar nauwelijks of nooit iets mee te maken.

Wat het meest verbaast is, dat de discussie over de straatnamen zich toespitst op een bepaalde periode en bepaalde personen, terwijl de wereldgeschiedenis een veelvoud aan historische helden kent, die een grote vlek op hun blazoen hebben. Over deze ‘helden’ maakt echter blijkbaar niemand zich druk. Hoff besteedt aan hen echter wél aandacht in zijn boek en komt daarbij tot onthullende voorbeelden van internationale grootheden. Enkele van hen zijn Maarten Luther, George Washington en zelfs enkele Nobelprijswinnaars! De reden voor de extreme aandacht legt dit boek bloot: activisme vanuit één bepaalde hoek.

Hoff beschrijft in dit boek ook de levensloop van verschillende historische helden, waaronder Jan Pieterszoon Coen. Naar zijn mening is Coen vooral een tragische figuur, met grote verdiensten in zijn tijd, alom, vanaf de Portugezen tot en met de Chinezen, zeer gerespecteerd, maar met zwarte bladzijden die ook in zijn tijd al tot hevige kritieken leidden.

Hoff eindigt optimistisch: de meeste helden uit de Gouden Eeuw kunnen de toets der kritiek ruimschoots doorstaan en daarnaast telt Nederland talloze helden zonder vlekje. Mannen en vrouwen, blanken en zwarten.

De strijd om de straatnamen van Jan Hoff verscheen in maart van dit jaar via Boekengilde. Het EAN nummer van dit boek luidt 9789463237765.